Onbepaalde LIDWOORDEN A/AN IN HET ENGELS
“A” en “an” zijn beide onbepaalde lidwoorden in het Engels. In het Nederlands heb je alleen ‘een’ als onbepaald lidwoord. “a” en “an” heten onbepaalde lidwoorden omdat je niet een specifiek mens, dier of ding aanwijst. Vergelijk het volgende:
- He lives in a big house (Ik weet niet in welk groot huis hij woont)
- He lives in the big house across the street (Ik weet wel in welk huis het is, namelijk het grote huis aan de overkant van de straat)
In het Nederlands heb je de bepaalde lidwoorden ‘de’ en ‘het’, in het Engels heb je daar alleen ‘the’ voor.
Hoe weet ik of ik ‘a’ of ‘an’ moet gebruiken?
“A” wordt gebruikt voor woorden die beginnen met een medeklinker (a tree, a car), terwijl “an” wordt gebruikt voor woorden die beginnen met een klinker (an orange, an elephant).
Let op: het gebruik van “a” of “an” hangt af van hoe je het woord zegt, niet van de eerste letter van het woord zelf. Bijvoorbeeld: “a user” omdat de u wordt uitgesproken als “juser” en “an hour” omdat h niet wordt uitgesproken, je zegt ‘ouwer’.