De Past Perfect Continuous gebruik je om een handeling te beschrijven die in het verleden begonnen was en tot een bepaald ander moment in het verleden had geduurd.
Vorming:
→ had been + werkwoord + -ing
- Zowel bij enkelvoud als meervoud altijd had been.
Voorbeelden:
- I had been living here for three years before I learned the street names. (to live, to learn)
- She was tired because she had been working all day. (to work)
Gebruik van de Past Perfect Continuous
- Acties die begonnen waren in het verleden en tot een bepaald ander moment in het verleden voortduurden
- They had been waiting for an hour before the bus finally arrived.
- Uitleggen hoe lang iets bezig was geweest vóór een ander moment in het verleden
- We had been studying English for two years before we moved to London.
- Oorzaken of redenen geven voor een situatie in het verleden
- He was out of breath because he had been running.
- Negatieve vorm: had not been of hadn’t been + -ing
- She hadn’t been paying attention, so she missed the instructions.
⚡ Tip: De Past Perfect Continuous gaat vaak samen met tijdsbepalingen of bijwoorden die aangeven hoe lang of tot wanneer iets bezig was (for, since, before, until, all day, enz.).
Zie ook: Mix verleden tijden