De gewone verleden tijd, de Past Simple in het Engels, wordt gebruikt om aan te geven dat iets in het verleden gebeurd is dat nu is afgelopen. Let op dat we hier in het Nederlands juist vaak de voltooid verleden tijd voor gebruiken:
- Ik heb daar vorig jaar gewerkt
- I worked there last year
Omdat we deze tijd in het Engels gebruiken voor dingen die zijn afgelopen, gebruik je vaak woorden voor dagen, maanden of tijden als signaalwoord:
- Last year, yesterday, on Monday, in 1990, in June
Regelmatige werkwoorden worden vervoegd door -ed toe te voegen aan het werkwoord. Er zijn een aantal uitzonderingen bij het spellen van -ed:
- Als een werkwoord eindigt op -e, wordt er alleen -d toegevoegd (bijvoorbeeld “dance” wordt “danced”).
- Als een werkwoord eindigt op -y en de voorafgaande letter een medeklinker is, wordt -y veranderd in -ied (bijvoorbeeld “study” wordt “studied”).
- Als een werkwoord eindigt op -y en de voorafgaande letter een klinker is, wordt -y gewoon -ed toegevoegd (bijvoorbeeld “play” wordt “played”).
- Als een woord een korte klinker plus een medeklinker heeft, verdubbel je de medeklinker (bijvoorbeeld stop wordt stopped, trip wordt tripped)
Voor onregelmatige werkwoorden gebruik je voor de Past simple de tweede vorm uit het rijtje van drie dat je moet leren.
Vragen en ontkenningen maak je in het Engels altijd met een hulpwerkwoord in de verleden tijd. Omdat er altijd een hulpwerkwoord in de zin moet staan, gebruik je ‘did’ of ‘didn’t’ als er geen hulpwerkwoord in de zin staat. Als een hulpwerkwoord in de verleden tijd staat, komt het andere werkwoord in de zin in de tegenwoordige tijd:
- Did you work there? (niet ‘did you worked there’, en al helemaal niet ‘worked you there’)
- He didn’t call me (niet he didn’t called me, en al helemaal niet ‘he called me not’)
Nederlanders moeten het verschil tussen de Past Simple en de Present Perfect goed leren omdat in het Engels deze tijden niet op dezelfde manier gebruikt worden en je dus niet zomaar de grammatica uit het Nederlands kunt overnemen in dit soort zinnen.
Exercise 1
Exercise 2
Exercise 3
Random verb goes here…
Score: 0